Als je overlijdt na de bevalling, dan kan de andere ouder (vader of meemoeder) de rest van je moederschapsverlof omzetten naar geboorteverlof.
Dat heet 'omgezet moederschapsverlof'.
Dat kan als aan de volgende voorwaarden voldaan is:
- je kindje mag met de andere ouder mee naar huis;
- de andere ouder is werknemer in loondienst;
- de andere ouder is in eigen naam – als titularis – aangesloten bij een ziekenfonds;
- de andere ouder moet zijn werkgever verwittigen. Dat moet:
- schriftelijk;
- voor de start van het omgezet moederschapsverlof;
- binnen 7 dagen nadat je overleden bent.
Als de andere ouder de omzetting wil, dan moet hij die aanvragen, want het gebeurt niet automatisch. Daarnaast is hij niet verplicht om het te vragen.
Hij moet daarvoor een aanvraag indienen bij zijn ziekenfonds. Hij moet zijn ziekenfonds de volgende documenten bezorgen:
- een uittreksel van je overlijdensakte;
- een attest van het ziekenhuis als bewijs dat het kindje het ziekenhuis verlaten heeft.
Voor de dagen moederschapsverlof die omgezet zijn:
- krijgt de andere ouder een uitkering van zijn ziekenfonds;
- is de andere ouder beschermd tegen ontslag.
Dat betekent dat:
-
hij niet mag ontslaan worden omdat hij omgezet moederschapsverlof opneemt;
-
als hij toch ontslaan wordt, de werkgever in principe een vergoeding moet betalen. Hij moet die vergoeding niet betalen als hij bewijst dat het ontslag niets te maken heeft met het omgezet moederschapsverlof.
Je vindt meer informatie in de fiche 'Kan je werkgever je ontslaan omdat je zwanger bent?'.
-
Je vindt meer informatie op de website van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV).