Er zijn verschillende manieren om een procedure op te starten bij de familierechtbank:
- via een dagvaarding:
In de dagvaarding legt de partij die de procedure opstart uit wat het conflict is en wat hij/zij wil dat de rechter beslist. Als je een dagvaarding krijgt, dan vind je daarin waar, wanneer en om hoe laat je op de rechtbank moet zijn.
Een gerechtsdeurwaarder geeft de dagvaarding af aan de tegenpartij. Een dagvaarding kost tussen de 200 en 300 euro.
- via een verzoekschrift:
De partij die de procedure opstart, ondertekent het verzoekschrift en bezorgt het aan de griffie van de familierechtbank. De griffie stuurt een oproepingsbrief naar de tegenpartij.
De wet bepaalt welke procedures je via een verzoekschrift kan opstarten.
Voor de volgende conflicten kan je een procedure opstarten bij de familierechtbank met een verzoekschrift:- echtscheiding;
- ouderlijk gezag en verblijfsregeling van minderjarige kinderen;
- onderhoudsbijdragen;
- recht op persoonlijk contact met een minderjarig kind;
- toestemming om te huwen en registratie verklaring van wettelijk samenwonen;
- enzovoort.
- via een gezamenlijk verzoekschrift:
Een gezamenlijk verzoekschrift is een handige en goedkopere manier om een conflict aan de rechter voor te leggen. Het wordt gebruikt door personen die een conflict hebben waar ze zelf niet uitraken, maar die wel akkoord gaan om de rechter erover te laten beslissen.
Beide partijen ondertekenen het verzoekschrift en bezorgen het aan de griffie van de (familie)rechtbank.
Bij de griffie van sommige familierechtbanken vind je typeformulieren die je zelf kan invullen. Sommige rechtbanken hebben ook een typeformulier geplaatst op hun website. Je kan ze vinden door op de website Hoven en Rechtbanken naar de bevoegde rechtbank te gaan en dan in het tabblad 'formulieren' te klikken. Als de rechtbank die bevoegd is voor jouw conflict geen typeformulier online heeft geplaatst, dan kan je naar die van een andere rechtbank gaan en je daarop inspireren.
Op welke manier je de procedure ook opstart, je moet steeds:
- volgende administratieve documenten aan de rechtbank bezorgen: uittreksels van de geboorteakte van de kinderen, bewijzen van woonst, enzovoort ;
- 24 euro betalen voor het fonds voor juridische tweedelijnsbijstand.
Daar kunnen achteraf de rolrechten bijkomen (165 euro). De rechter beslist op het einde van de procedure wie de rolrechten moet betalen.
Je vindt meer info in de fiche 'Wat zijn de kosten van een procedure bij de rechtbank?'