We spreken van een natuurlijke (of spontane) bevalling, wanneer ze het resultaat is van een spontane start zonder kunstmatige ingrepen. Wanneer er wordt ingegrepen in het natuurlijke proces van arbeid en bevalling, spreken we over een ingeleide bevalling. Soms worden medicijnen gebruikt om de bevalling in te leiden. De natuurlijke bevalling komt het meest voor. Als de baby in de baarmoeder met zijn hoofd of met zijn billen naar beneden ligt en de lichaamsbouw van de mama het toelaat, dan bevalt zij over het algemeen vaginaal.
Fasen van de vaginale bevalling
Het ontsluiten
Het ontsluiten van de baarmoederhals is de fase van de bevalling die het langste duurt. Bij regelmatige samentrekkingen van de baarmoeder zal de baarmoederhals verzachten, verkorten en zich openen. De ontsluitingsweeën gaan elkaar na verloop van tijd sneller opvolgen, heftiger worden en langer duren. De ontsluitingsfase wordt ook de fase van ‘arbeid’ genoemd en het duurt mogelijks enkele uren voor de baarmoederhals de maximale ontsluiting bereikt heeft. De mama kan kiezen tussen verschillende methodes om de pijn te verzachten, waaronder de epidurale verdoving.
Het persen
De baarmoederhals is volledig ontsloten bij een opening van 10 cm. De baby ligt dan al goed ingedaald in het bekken. De gynaecoloog of de vroedkundige begeleidt de mama bij het persen. Meestal wordt de baby geboren met het hoofd eerst, maar dit is niet altijd zo. Om te vermijden dat het weefsel tussen de vagina en de anus bij de bevalling inscheurt, is het soms nodig om een insnijding te maken: een episiotomie.
Bij sommige bevallingen wordt de geboorte van de baby bespoedigd met behulp van een vacuümextractie of een verlostang, die de vorm heeft van twee metalen lepels die precies om de zijkant van het babyhoofd passen.
Wanneer de baby geboren is, vraagt men meestal aan de partner om de navelstreng door te knippen. De zorgverstrekker plaatst een klem vlak bij de navel (de opening in de buik waar de navelstreng vastzit).
De nageboorte
Ongeveer 10 tot 30 minuten na de geboorte vindt de laatste fase van de bevalling plaats: de nageboorte. De samentrekkingen van de baarmoeder hervatten zodat de moederkoek kan loskomen en het lichaam verlaten. Indien de moederkoek onvolledig is of wanneer de bloedingen te hevig zijn, moet worden nagegaan of er geen delen van de moederkoek of de vliezen achterblijven in de baarmoeder.
Het medische team kan op elk moment tijdens de bevalling beslissen om een keizersnede uit te voeren, bijvoorbeeld wanneer het hartritme van de baby wijzigt of het bekken van de mama te smal is.