Er zijn verschillende factoren die het medische team ertoe kunnen aanzetten om de bevalling in te leiden: je bent meer dan 41 weken zwanger, je vliezen zijn gebroken zonder weeën, er zijn gezondheidsrisico’s voor jou en/of de baby… Of je kiest er zelf voor.
Kunstmatig weeën opwekken gebeurt zodat de bevalling kan beginnen.
Waarom de bevalling inleiden?
Aan het einde van je zwangerschap zal je regelmatig overleg hebben met je verloskundige en gynaecoloog. Het team volgt de zwangerschapsduur, jouw gezondheidsparameters, de vitale functies van de baby enz. op de voet door middel van verschillende onderzoeken. Als de baby te laat komt, wacht het zorgteam meestal tot enkele dagen na de uitgerekende datum van je zwangerschap om het natuurlijk opwekken van de weeën een kans te geven. Daarna kan je, in overleg met het gezondheidsteam, de mogelijkheid krijgen om de bevalling in te leiden.
Als de vliezen breken voor de bevalling begint, kan dit leiden tot een infectie bij de baby. Het kunstmatig opwekken van de weeën kan dan plaatsvinden na een wachttijd van ongeveer 2 dagen (je zal dan antibiotica innemen).
Om persoonlijke redenen kan je in overleg met het gezondheidsteam besluiten om op een bepaald tijdstip de bevalling kunstmatig in te leiden. In dit geval moet je laatste menstruatie ten minste 39 weken geleden zijn (ongeveer 8,5 maand) en moet je een rijpe baarmoederhals (verzacht en enigszins open baarmoederhals) hebben.
Hoe gebeurt de inleiding?
Het gezondheidsteam houdt rekening met verschillende factoren zoals de rijpheid van de baarmoederhals, of dit jouw eerste bevalling is enz. om samen met jou te bepalen hoe je de komst van de baby kunt opwekken.
Soms kan het onderzoek door de verloskundige of gynaecoloog, die een vinger in de vagina inbrengt om de opening van de baarmoederhals te beoordelen, voldoende zijn om weeën op te wekken en de bevalling op gang te brengen.
Er zijn twee methoden om de bevalling in te leiden: aanbrengen van een gel met prostaglandinen in de vagina en toedienen van oxytocine via een infuus, gecombineerd met het breken van de vliezen. Deze twee methoden kunnen afzonderlijk of samen worden gebruikt.
Toedienen prostaglandine
Wanneer de baarmoederhals niet rijp is (gesloten baarmoederhals), wordt een prostaglandinegel of -ring aangebracht om de rijping te versnellen. Indien de arbeid niet begint, zal een tweede toepassing nodig zijn.
Oxytocine-infuus
Wanneer de baarmoederhals rijp is (zacht, uitgezet, met een lichte ontsluiting, het hoofdje van de baby dat goed drukt), dient het verpleegkundige team via een infuus oxytocine toe. Dit hormoon zal samentrekkingen van de baarmoeder veroorzaken en de bevalling op gang brengen. De dosis wordt verhoogd om regelmatige weeën te krijgen. Dan worden de vliezen gebroken om het proces te versnellen. Deze medische ingreep kan indrukwekkend zijn, maar is volkomen pijnloos en onschadelijk voor uw baby.
Het gezondheidsteam houdt de baby vanaf het begin van de bevalling continu in de gaten.
Tijdens een ingeleide bevalling kunnen, net als bij een spontane bevalling, overmatige samentrekkingen van de baarmoeder of een stilstand van de ontsluiting van de baarmoederhals voorkomen. In dat geval is een keizersnede noodzakelijk. Deze complicaties komen iets vaker voor wanneer een niet-rijpe baarmoederhals wordt geopereerd.
Inleiding en pijn
Een ingeleide bevalling gaat meestal gepaard met intense en pijnlijkere weeën dan bij een spontane bevalling. Als de bevalling voldoende gevorderd is, kan je baat hebben bij epidurale verdoving of andere pijnbestrijdingsmaatregelen die je met de verloskundige of gynaecoloog bespreekt tijdens de follow-up van de zwangerschap.